Bij uitwendige hartmassage wordt het hart tussen het sternum en de ruggenwervel gecomprimeerd. Hierdoor wordt het bloed uit het hart geperst. Door de elasticiteit van de thorax zet het hart tussen de compressies weer uit en vult zich met bloed.
Bij de compressie moeten pulsaties in de hals en lies voelbaar zijn (indien mogelijk controleren!)
Zelfs indien de uitwendige hartmassage adequaat wordt toegepast, is de cerebrale bloedflow minder dan 30% van normaal. Schade aan het cerebrum wordt door deze handeling dan ook slechts uitgesteld.
Uitwendige hartmassage gaat als volgt:
| Het slachtoffer moet op de rug liggen |
| Plaats de middel- en wijsvinger op het zwaardvormig aanhangsel (uiteinde van het borstbeen) en plaatst de palm van de andere hand hierboven. Leg hierop de andere hand. |
| Druk dit onderste 1/3 gedeelte van het sternum 3 tot 5 centimeter in. |
| Tussen de compressie moet de druk tot nul gereduceerd worden om de thorax weer op te laten komen en het bloed weer in het hart te laten stromen. De handen moeten in positie blijven. |
| Een optimaal resultaat wordt verkregen bij een compressie frequentie van 80-100 per minuut. |
Gebruik bij de massage van kleine kinderen slechts 2-3 vingers en houdt een frequentie aan van ongeveer 100 - 120 per minuut.
Indien u met twee personen reanimeert moet de ene persoon 5 maal hartmassage geven, waarop de andere persoon éénmaal beademt.
Bent u alleen dan moet u 15 maal hartmassage geven, gevolgd door 2 beademingen.
